Sjadrach, Mesjach en Aveed Nego - en de engel;
Daniël in de leeuwenkuil;
Habakkuk en de Engel
In het eerste deel van het boek Daniël staan verhalen die zich aan het Babylonische hof afspelen
(tussen 607 en 536 v. Chr.):
Het boek Daniël is geschreven rond 170 v. Chr. en is te plaatsen tegen de achtergrond van het Makkabese verzet tegen de wrede Griekse heerser Antiochus IV Epifanes.
De drie vrienden van Daniël worden in een brandende oven gegooid, omdat in opdracht van de koning van Babylonië ze weigerden te knielen voor een gouden beeld. Als de drie gekneveld in de laaiende oven vallen, schrikt koning Nebukadnessar:
zie, ik zie vier kerels midden in het vuur vrij rondlopen, en er is niets dat hen schaadt,- en de aanblik van de vierde is een godenzoon gelijk! gezegend de God van Sjadrach, Mesjach en Aveed Nego, dat hij zijn engel heeft gezondenDaniël 3:25,28
De godenzoon [bar 'elahh ] is hier een engel [mal'ak], ook al lezen of vertalen sommigen hier 'een zoon van God'
of 'de zoon van God'.
Het Aramese 'elahh komt overeen met het Hebreeuwse 'elowahh
(en het Arabische Allah...) betekent God
en komt alleen in de boeken Ezra, Jeremia en Daniël voor.
Engelen worden vaker zonen van God genoemd. Zie hiervoor ook de studies
de zonen van God
en
De zonen Gods, de hemelingen, De zonen van de goden, of Engelen
In de Griekse versie van Daniël zijn extra teksten te vinden;
een daarvan is een uitbreiding op dit verhaal:
Maar de engel van de Heer was bij Azarja en de twee anderen in de oven neergedaald
en joeg de vuurzee de oven uit. Midden in de oven liet hij een koele wind waaien,
zodat het vuur hen niet eens aanraakte; ze voelden geen pijn en hadden er in het geheel geen last van.
En als Daniël de droom van Nebukadnessar uit legt:
en zie, een waker, een heilige, daalde neer;Daniël 4:10,20
In andere vertalingen is dit vertaald met
"een wachter, een heilige engel, een heilige wachter": [`iyr, qaddiysh].
Dit woord wachter [`iyr] komt alleen hier in Daniël voor en betekent eigenlijk beschermengel.
In het Griekse vertaling wordt hier ook "angelo", “engel” geschreven.
De term 'heilige wachter' (engel) wordt vaker gebruikt in apocriefe boeken.
Moses vraagt aan Metatron: "Wie zijn dit?" en hij antwoordde: "Dit zijn de 'Irin Kadishin', de heilige wachters".Openbaring van Mozes 1:18
Later wordt Daniël in een leeuwenkuil geworpen, omdat hij bid naar zijn God en niet naar de koning. Als de koning Darius de volgende ochtend bij de kuil aankomt, zegt Daniël:
mijn God heeft zijn engel gezonden, hij heeft de muil van de leeuwen gesloten en zij hebben mij niet kunnen schaden,Daniël 6:23
In de Griekse versie van Daniël zijn extra teksten te vinden;
een daarvan is een uitbreiding op dit verhaal:
In Judea leefde toen de profeet Habakuk.
Hij had wat moes gekookt en enkele broden in een schotel gebrokkeld
en was daarmee op weg naar het veld om het de maaiers te brengen.
Maar een engel van de Heer beval Habakuk:
‘Breng het maal dat u daar hebt naar Babel, naar Daniël in de leeuwenkuil.’
Habakuk antwoordde: ‘Heer, ik ben nooit in Babel geweest en de kuil is mij onbekend.’
Toen greep de engel hem bij de haren van zijn kruin vast en droeg hem met de snelheid van de geest naar Babel,
waar hij hem boven de kuil zette.
Daar riep Habakuk: ‘Daniël! Daniël! Neem het maal dat God u zendt.’
Daniël zei: ‘God, U hebt werkelijk aan mij gedacht; nog nooit hebt U degenen die U liefhebben verlaten.’
Toen stond Daniël op en at. En Gods engel bracht Habakuk onmiddellijk terug naar de plaats vanwaar hij hem had weggevoerd.
Merkwaardig is verder dat Daniël 2 vers 4b tot en met Daniël 7 vers 28 in het Aramees geschreven is, terwijl de rest in het Hebreeuws staat. Alle verwijzingen over engelen komen uit deze Aramese tekst.
Alle Bijbelverwijzingen op deze pagina komen uit de
Naardense Bijbel.
Andere verwijzingen: