The Résurrection,
Twee engelen bij het graf, kleurplaat.
Maria aanschouwt hoe daar twee engelen in witte gewaden zitten, één bij het hoofdeind en één bij de voeten, daar waar het lichaam van Jezus heeft gelegen. Johannes 20:12
In het evangelie van Mattheüs is het één engel en twee vrouwen: Maria Magdalena en ook de andere Maria.
Want een engel van de Heer daalt neer uit de hemel, komt naderbij, wentelt de steen weg en gaat er bovenop zitten. Zijn aanzien is als een bliksem, en zijn kleding wit als sneeuw. Mattheüs 28:2,3
In het evangelie van Markus zijn het drie vrouwen (Maria Magdalena, Maria van Jakobus en Salome) die één jongeman zien zitten:
zien ze aan de rechterkant een jongeman zitten, met een witte mantel omgeslagen Markus 16:5
En in het evangelie van Lucas zijn het 'de vrouwen die met hem meegekomen zijn uit Galilea', die twee mannen zien staan:
zie, daar staan twee mannen bij hen in blinkend gewaad; Lucas 24:4
Later vertellen de Emmaüs-gangers (Kleopas of Klopas en waarschijnlijk zijn vrouw Maria) over enkele vrouwen die 'een aanblik van engelen hebben gezien'.
Volgens sommige theologen zijn het bijbelse
tegenstrijdigheden, maar het kunnen ook diverse belevingen en gezichtspunten zijn van dezelfde gebeurtenis.
En in de Bijbel hebben engelen wel vaker de gedaante van een mens.
De ontmoeting tussen de vrouwen en de engelen is de start van het eerste van de paasverhalen.
Mattheüs en Markus vertellen van één engel, zo zegt de kanttekening: omdat één het woord heeft gevoerd.
Maria Salome (ook Salome) wordt met Maria van Klopas en Maria Magdalena ook wel 'De Drie Maria's' genoemd.
Alle Bijbelverwijzingen op deze pagina komen uit de
Naardense Bijbel.
Andere verwijzingen: