deVerdieping | overige artikelen | 30-08-2006
Overal ter wereld bestaan oeroude mythen, sagen en legenden, waarin mensen hun worsteling met het leven hebben beschreven. Ze vormen met hun herkenbare thema’s en symbolen nog steeds de basis van de hedendaagse kunst en van ons denken. Deel 3: Engelen inspireren theatermaker Ola Mafaalani. Engelen vervelen zich tegenwoordig te pletter, vertelde een engelenkenner aan de Syrisch-Duitse theaterregisseur Ola Mafaalani. Niemand heeft hen meer nodig, omdat we het geloof in hen zijn kwijtgeraakt.
Vroeger hadden we boze geesten en goede feeën, goden en halfgoden, die zich intens bemoeiden met het leven van de mensen. In talloze sprookjes, mythen en verhalen grijpen bovennatuurlijke wezens in. De goden op de Olympus bepaalden het verloop van de Trojaanse oorlog. Germaanse goden zorgden voor bliksem en donder of vruchtbaarheid. Heksen en feeën lieten mensen sterven of in een tot koets omgetoverde pompoen naar het bal gaan. En er waren engelen. Ze beschermden mensen en waren de afgezant van het goddelijke.
Naarmate het rationalisme en de wetenschap sterker werden, verdween het bovennatuurlijke uit het dagelijks leven van mensen. Wij eisen wetenschappelijke verklaringen voor tsunami’s, extreem hete zomers of vallende sterren. Als we al geloven dat een engel de hand heeft in een onverwachte redding of een bijzonder mooie dag, doen we dat stiekem, omdat we anders niet serieus worden genomen.
Toch spelen engelen in het werk van Ola Mafaalani een belangrijke rol. Mafaalani is bezeten van engelen. Met en zonder vleugels dwarrelen ze bij haar voortdurend over het toneel. Waarom, had ze eerst niet in de gaten. ’Nu doe ik het weer’, dacht ze dan bij zichzelf. Tot ze zich herinnerde dat ze lang geleden de film ’Der Himmel über Berlin’ van Wim Wenders had gezien, die onuitwisbare indruk op haar maakte.
Deze zomer zit ze tot over haar oren in de engelen, want ze is bezig met het maken van een theaterproductie van ’Hemel boven Berlijn’ in een coproductie van Toneelgroep Amsterdam en het American Repertory Theatre in Boston. Casting, decor, de hele uiterlijke kant van het engelenbestaan moet worden bedacht. Daarnaast praat ze enorm veel over engelen, over reïncarnatie en aanverwante zaken.
Die engelen van haar, wat zijn dat voor wezens?
Mafaalani: „Ik weet het niet. Ik weet alleen dat ik het heel belangrijk vind dat ze de mensen nemen zoals ze daadwerkelijk zijn, zonder een oordeel over ze te hebben. In ’Othello’ van Shakespeare laat ik hen zowel Othello als zijn tegenstrever Jago helpen. Gewoon door hun aanwezigheid, doordat ze beiden mensen zien zonder er een etiket van goed of kwaad op te plakken.”
Komen ze uit de hemel? Ze moet lachen. „We hebben wel veel geïmproviseerd met vallen. Met uit de hemel vallende engelen. Maar het doet er niet zo veel toe. Belangrijk is dat ze er zijn, dat ze observeren en je ogen opendoen voor de mooie details van het leven. Maar als je het niet wilt zien, dan houdt het op. Engelen grijpen zelden in.”
„Eigenlijk geven ze alleen maar steun. Als je doodgaat bijvoorbeeld. Dan zijn ze er. Ze houden je hoofd vast en brengen je over. In ’Hemel boven Berlijn’ pleegt iemand zelfmoord. Zijn engel schreeuwt ’Nee!’ in zijn val van het dak, maar houdt hem niet tegen.”
Gelooft Mafaalani zelf in engelen? Het blijft lang stil „Nee”, zegt ze ten slotte. „Maar er zijn zoveel toevalligheden rond engelen sinds ik met dit stuk bezig ben. Ik was in Los Angeles, een heel grote stad met veel theaters. In de pauze werd ik voorgesteld aan een andere aanwezige regisseur. Dat bleek de regisseur van ’City of Angels’, de Hollywood-remake van ’Der Himmel über Berlin’.”
„En zo kan ik doorgaan. Natuurlijk realiseer ik me dat mijn hersens nu erg bezig zijn met dit onderwerp en dat ik daarom plotseling overal verbanden met engelen zie. Maar toch houden de toevallen me bezig. Bovendien moet ik nu natuurlijk wel in engelen gaan geloven. Anders kan ik deze voorstelling niet maken. Gedurende vier maanden geloof ik dus in engelen.”
Tot haar tweede woonde Mafaalani in Syrië. Het bijgeloof is daar nog ruim aanwezig. „Mijn moeder gelooft heilig in engelen. Als een baby lacht, zegt ze: ’Kijk, de engelen maken grapjes’ ’Nee’, zeg ik dan, ’dat is een reflex van de spieren.’ Maar mijn moeders uitleg is natuurlijk veel leuker. Ik vind het een mooie gedachte dat er beschermengeltjes zijn, iets wat mijn moeder heel vanzelfsprekend vindt. In Syrië geloven ze dat de ziel van een overleden geliefde je komt opzoeken in de vorm van een vlinder. Dat fascineert me enorm, al neem ik het niet over. Ik weet zeker dat er zoiets als een zevende zintuig bestaat, maar wij trainen dat niet. Ik geloof ook dat mensen hun dood kunnen voorvoelen.”
Mafaalani’s vader had niets met het bijgeloof. Hij geloofde alleen in de wetenschap. „Van hem heb ik mee gekregen dat je je hersens moet gebruiken. Het mooie is dat ik heb kunnen kiezen waar ik in geloof. Met mijn vak heb ik de ideale combinatie kunnen vinden van fantasie, gevoel en wetenschap.”
Al verzet haar denken zich tegen het geloof in engelen, iets van de engelenaanwezigheid kent ze wel. „In de film huiveren de mensen even als er een engel bij hen is. Dat huiveren, even dat gevoel langs je rug, dat ken ik. En soms het gevoel dat je alleen bent maar toch gedragen wordt. Juist als je alleen bent. Misschien komt dat door een engel, misschien door je eigen kracht* dat weet ik niet.
„In de film vind ik het zo mooi dat de engelen er ongemerkt zijn. Ze zijn nieuwsgierig naar mensen, lachen om hen, leggen een hand op hun schouder als ze problemen hebben, maar oordelen niet. Ze grijpen maar zelden in, maar leggen woorden in je hart. Dat herkennen we allemaal”
Maar de engelen van Wim Wenders fascineren Mafaalani niet zozeer omdat ze zich bezighoudt met de vraag op ze echt bestaan, maar vanwege de liefde die ze tonen. Mafaalani: „In de film is hun aanwezigheid zo natuurlijk en zo mooi. Wat me enorm geraakt heeft is dat ze zo trouw zijn aan de mensen en van hen houden. Een engel, Damiel, wil zijn onsterfelijkheid opgeven om ook mens te zijn.”
Een van de zeer gelovige Amerikaanse acteurs met wie Mafaalani aan deze productie werkt, wist waarom de engelen graag mensen willen zijn: mensen staan dichter bij God. ’Dichter bij God?’, vroeg Mafaalani hem verbaasd. ’Engelen staan toch dichter bij God?’ ’Dat is dus het misverstand’, antwoordde de acteur.
Zelf denkt Mafaalani dat engelen jaloers zijn op de keuzevrijheid van mensen. „Engelen hebben geen keuze, alleen een opdracht. Ik denk dat zij willen kiezen en zich verbazen in plaats van alleen ’ja en amen’ zeggen. De keuzevrijheid is de rijkdom van de mens. Alleen vergeten wij die 24 uur per dag. Je hoort die innerlijke stem van de vrijheid wel, maar je denkt: o nee, dat niet. We vertrouwen er niet meer op. Je hebt het in je jeugd afgeleerd om spontaan ernaar te luisteren. Kinderen kunnen het wel. Die hebben een scherpe intuïtie en grote fantasie. Daar geloof ik erg in. In de film kunnen de kinderen de engelen wel zien. Dat vind ik niet onrealistisch.”
In het rationele rijke Westen is de mens het zicht op zijn rijkdom kwijtgeraakt, vindt Mafaalani. „Materialistisch gezien behoren we tot de rijkste samenlevingen op aarde, spiritueel zijn we het armst. We zijn in theorie vrijer dan ooit, maar waar is die vrijheid dan? Mensen houden zichzelf gevangen. We zijn misschien onszelf kwijtgeraakt toen we uit waren op nog meer geld, een nog groter huis in de verwachting dat we daar gelukkiger van zouden worden. Maar we voelen de armoede van binnen dagelijks. We moeten we nu innerlijke rijkdom vinden.”
Wil ze dat uitdragen met haar engelen? „Ik noem het geen boodschap. Dit stuk laat zien: er is zoveel rijkdom op aarde dat de engelen er hun onsterfelijke bestaan voor willen opgeven. De mens is het meest creatieve wezen op aarde. Wij zijn onze kracht, onze mogelijkheden vergeten. Je ziet die pas weer vanuit het engelenperspectief van deze film. Het is een sterk JA! vóór het leven. Voilà, het stuk gaat dus helemaal niet over engelen, maar over de mens.’’
‘Hemel boven Berlijn’ van Toneelgroep Amsterdam en het American Repertory Theatre gaat 8 oktober in première in de Amsterdamse Schouwburg.
Ola Mafaalani maakt theater met engelen De theatermaker Ola Mafaalani werd geboren in Syrië, groeide op in Duitsland en studeerde in Nederland. Ze kreeg in 2000 de Erik Vos Prijs voor aanstormend talent en heeft sindsdien de kleinere productiehuizen, zoals FACT en de Nes-theaters, verruild voor de grote zalen. Ze regisseerde veel Shakespeare. Bij Toneelgroep Amsterdam, waar ze als gastregisseur aan verbonden is, deed zij ’De koopman van Venetië’ en ’Romeo en Julia’. Ook haar lunchvoorstelling ’Ten liefde’ viel op, onder andere door de wijze waarop ze het publiek bij de voorstelling betrok.