Ze slaapt.
Moet je haar eens zien liggen in bed: Asrial heeft het dekbed om zich heen geslagen en Hansje kijkt naar de ronde vorm van de bedekte heup.
Ze slaapt.
Hoewel een engel slaap niet nodig heeft en tijd een relatief begrip is houdt Hansje uren de wacht.
Asrial slaapt.
Het is zes uur precies als Hansje Asrial op de schouder tikt. De ogen flitsen even op, om dan met berusting weer dicht te gaan. “mmmm”. Asrial draait zich op haar rug en rekt zich uit.
“Het is tijd”, fluistert Hansje. “Ik ga een kop thee zetten”.
Het antwoord komt snel en duidelijk: “Waarom denken mannen altijd alleen aan thee? Doe mij maar een beker melk”.
Ze slaapt.
Moet je haar eens zien liggen in bed: Mijn vrouw heeft het dekbed om zich heen geslagen en Hansje en Asrial kijken naar haar.
“Sstt, ze slaapt”.
De oogleden trillen licht.
“Ze slaapt niet, ze droomt. We zijn precies op tijd.”
“Voor wat?”
“Hou allebei je handen in de de lucht, en kijk, en denk mee!”
Hansje en Asrial raken elkaars hand in de lucht aan en Asrial begint zachtjes te neuriën.
“(dreaming).
So quiet and peaceful.
Tranquil and blissful”.
Al gauw herkent Hansje de melodie en kleurt de slaapkamer mee met hun gezang. Er hangt een soort magie in de lucht. Het wordt lichter. Het plafond verdwijnt langzaam.
Er zijn engelen die het zien gebeuren en vol vrolijkheid zijn als de een na de ander op staat met de armen in de lucht. Er zijn mensen die een glimp opvangen – Een man staat in zijn huis bij het meer van Genčve en kijkt uit het raam over het meer naar de bergen en de hemel daarboven en ziet...
Hansje en Asrial dragen mijn vrouw voorzichtig omhoog, door de wolken, tot ze rechtop komt te staan op de drukke weekmarkt op het Naftali-plein.
“Zie je ze al aankomen?”, vraagt Asrial onrustig.
Hansje kijkt om zich heen. “Nee.... Ja, daar loopt Martin met Tonny te praten en Jetty en Anne staan hand in hand bij het poppen-speelgoed. Alleen Cé en Jan-Frank zie ik niet. Nog niet.”
“Dat hoeft ook niet. Hier”, en ze legt de hand van mijn vrouw in Hansje zijn hand. “Let even op, dan ga ik ze halen”.
Voor mijn vrouw is het of de tijd stil staat en de ruimte leeg is.
Met haar dromen van de wereld – en hoe die zou mogen zijn – in de palm van haar hand.
Zou ze het begrijpen?
Waar ze geweest is?
Zou ze het zien?
Hansje is nog steeds enthousiast over de boodschap van de Almachtige.
“Wacht”.
De gedachten van Hansje schieten heen en weer.
Terug en verder.
Naar toen en nu.
“Ik ben al eerder een vogel geweest.”
Voor Asrial iets kan zeggen is Hansje veranderd in een witte mus.
Alleen de ogen zijn donker en de poten zijn zwartig-grijs.
Alle veren zijn stralend wit als Hansje opvliegt naar het raam.
Mopperend veranderd Asrial ook in een
bruin gestreepte mus en wipt omhoog op het muurtje tussen de twee huizen.
“Hoe kun je dit nou doen? Dit hoort niet bij het onderzoek.”
Maar Hansje hoort haar niet.
Hij vliegt even tegen het raam op om aan te geven dat hij er is.
Tik!
Tik?
Verbaasd kijk ik uit het slaapkamerraam naar buiten.
Ik kan mijn ogen niet geloven.
“Kijk nou, dat is frappant!” zeg ik tegen mijn vrouw, die net uit bed stapt.
“Een witte vogel”.
Ik knipper met mijn ogen.
Onverschrokken kijkt de witte vogel terug met zijn donkere kraalogen.
Gearmd zien we de buitengewoon prachtige vogel naar beneden vliegen.
“Net vertel je dat jij je moeder in een droom hebt gezien op een markt, en nu dit”, zeg ik verwonderd.
“Het is wel een verrassend begin van de dag”.
Als we aangekleed, gewassen en verzorgd zijn, staan we beneden voor het raam.
In het midden van de een meter zesendertig brede vensterbank staat tussen twee planten links en twee planten rechts een foto-lijst met een foto van mijn schoonmoeder. Daarvoor drie rode waxine lichtjes.
En precies op dat moment komt de opvallende witte vogel weer aangevlogen en houdt even een moment stil voor het raam. Achter de foto, biddend in de lucht.
Hansje slaat snel met zijn vleugels heen en weer, de staart iets gespreid. Achter Hansje fladdert Asrial.
“Hou daar mee op, Hansje! Het is genoeg geweest. Ze weten nu wel dat het wonderbaar is!”
Stil en verbijsterd kijken wij het merkwaardige paar vogels na, als deze twee opvliegen, de bewolkte hemel in.
Hoofdstuk 17, september 2008.