Engelen beleven sinds de eeuwwisseling een stormachtige comeback. Overal kom je ze tegen, in winkeletalages, op internet, op congressen, tentoonstellingen en op het toneel. Regisseurs, schrijvers en schilders kunnen niet van ze afblijven. Hoe zien ze eruit: de engelen van Kader Abdolah, Ivo van Hove, Marc Mulders en Bill Viola? Zijn ze verwant aan de engelen van Botticelli? Lijken ze nog op de engelen uit de Bijbel en de Koran? Waar komt die fascinatie voor engelen vandaan? Twan Geurts ondernam een journalistieke speurtocht naar de aantrekkingskracht van deze hemelse boodschappers.
Omdat we gewild hebben dat ze zouden bestaan, hebben we ze gemaakt, schreef Cees Nooteboom over de engelen. Altijd al was de mens gefascineerd door deze hemelse boodschappers, die voor ons zorgen en over ons waken. Toen de kerken vorige eeuw leegliepen, leek het of de engelen slechts een plaatsje restte in de coulissen van het wereldtoneel. Maar sinds de eeuwwisseling beleven zij een stormachtige comeback.
Overal zie je ze. In de winkeletalages in december. Op tv en op engelenstartpagina. Op het toneel in Amsterdam. In de Angelshop. Tijdens een rondleiding in Antwerpen. Op een tentoonstelling in Utrecht en een Wereldengelencongres in Hamburg. En in de schappen van elke boekhandel. Mensen vertellen elkaar verhalen over de engelen. In kringen van de nieuwe spiritualiteit zijn zij graag geziene gasten, al ogen ze daar anders dan in de kerk: soms dragen ze een spijkerbroek, lang niet altijd vleugels. Ook regisseurs, schrijvers en schilders kunnen maar niet van ze afblijven.
Engelen van deze tijd is een journalistieke speurtocht naar de aantrekkingskracht van deze oeroude boodschappers op de mensen van nu.