-> Woord -> Boeken over Engelen -> Engelen: als beschermers en als helpers der mensheid.
H.C. Moolenburgh - Engelen: als beschermers en als helpers der mensheid,
1983, Uitgeverij Ankh-Hermes bv, Deventer.
Trefw.: engelen
Zevende druk, 240 blz., geill., pb., € 15,20
bestelnr. 902025445 6
De verrassende uitkomst van een onderzoek naar ervaringen met engelen.
Een boeiende analyse die ons een blik gunt in die andere dimensie van het leven.
Als huisarts stelt hij aan 400 mensen de vraag: "hebt u ooit in uw leven een engel gezien?"
Hiervan vertellen 31 mensen een engelbeleving;
er zijn 7 grensgevallen en er zijn 61 mensen met een parapsychologische beleving.
De conclusie: Engelen worden minstens evenveel gezien als vroeger maar niemand praat er meer over.
- De naam 'engel' komt van een Grieks woord: 'angelos', een boodschapper.
Het Hebreeuwse woord voor engel, 'malach', betekent precies hetzelfde:
een boodschapper of afgevaardigde. De engelen verschijnen plotseling in onze wereld.
Dit is ook de diepere zin van de engelenvleugels.
Want het woord dat in het Hebreeuws voor 'vleugel' staat, 'kanaaf',
betekent ook 'hoek'.
De engel bezit het vermogen om plotseling lijfelijk om de hoek van onze wereld te stappen,
daar zijn taak te verrichten en dan de hoek weer om te stappen naar de andere wereld.
Wij hebben dit idee nog bewaard in de uitdrukking:
'Hij gaat het hoekje om' voor iemand die doodgaat.
Waarom kwam Gods stem tot Elia niet in de storm,
niet in de aardbeving of het vuur, maar als een zachte, stille stem?
- In het midden van de eerste eeuw leefde in Athene Dionysius de Areopagiet, lid van de rechtbank die op de Areopagus vergaderde. Aan hem worden een aantal geschriften toegekend en hij beschreef de engelen. Onze wereld wordt de wereld van het doen genoemd. De wereld die daarachter ligt wordt die van de formatie ( de vormen) genoemd. In het Hebreeuws wordt deze vormwereld de 'Jetsira' genoemd, waar het woord pottebakker van is afgeleid. In onze wereld is de tijd een lijn waarvan we alleen het punt nu beleven. In de vormwereld is het mogelijk om de hele lijn ineens te overzien, in zijn geheel.
- Boven de Beschermengelen staan de Aartsengelen. Naast deze engelen staan de Engelenvorsten, die over een of meerdere volken heersen. De traditie kent zeven Aartsengelen.
- De aartsengel Michaël staat bekend als de commandant van de hemelse legers en wordt soms afgebeeld met een weegschaal, waarop een man en een vrouw gewogen worden. In Egypte weegt de god Anubis het hart van de dode en legt als tegenwicht een veer op de andere schaal. Ook in de Bijbel komt het idee voor dat God de harten weegt. Anubis heeft veel te maken met Sirius, de hondsster. De naam Sirius is verwant aan het Hebreeuwse 'Sar', dat commandant of prins betekent. In het Perzisch heet Sirius 'Tistar', wat wil zeggen: opperhoofd. In het oude Akkadisch is het woord voor Sirius 'Kasista': leider of prins. Het lijkt erop dat deze volken dezelfde machtige engelenvorst kenden. In de oude joodse tempel staat het brandofferaltaar, in het zuiden van de tempel. En daar plaatste men Michaël.
- Michaël wordt ook gezien als de vorst van de eenzame strijdende figuur, zoals in het tiende hoofdstuk van Daniël beschreven wordt: Uw vorst Michaël. In het apocriefe evangelie van Bartholomeus wordt verteld dat God de mens maakt naar zijn evenbeeld uit klei die door Michaël van de vier hoeken van de aarde werd aangedragen. En in de apocriefe apocalypse van Paulus laat hij ons Michaël zien als een zeer emotionele, warme engel. Volgens dominee Bullinger is de precieze geboorte datum van Jezus 29 september, in dat geboortejaar de eerste dag van het Loofhuttenfeest. Deze dag heet in het westen het feest van Michaël en alle engelen. Michaëls naam is Hebreeuws, Mi-Ka-El, en betekent 'Wie (is) als God?
- Gabriël is afgeleid van het woord Gibor en dat betekent kracht, of held. Van dit woord 'gibor' is afgeleid het woord 'geber': een man. In onze taal is dat bewaard gebleven in het oude woord gabber. Gabriël betekent dus: Gods Kracht. Een oud verhaal vertelt hoe Gabriël de ziel uit het paradijs ophaalt en die negen maanden lang instructies geeft terwijl het lichaam waar die ziel in gaat wonen, in het moederlichaam groeit. Gabriël staat in de joodse overlevering aan de noordzijde van de tempel. De noordzijde is de lichaamskant. Op die manier wordt Gabriël in verband gebracht met de lichamen van de mensen.
- Raziël betekent: God is mijn welbehagen.In de Hebreeuwse traditie wordt verteld dat toen de eerste mens Adam uit het Paradijs werd verdreven, zich direct het probleem van de menselijke kwalen voordeed.
- Het zou toen de engel Raziël zijn geweest die aan Adam een boek gaf waarin alle geneeskruiden ter wereld opgetekend waren, om alle mogelijke ziekten te genezen die zich in de mensheid voor zouden doen.
- Rafaël betekent: God geneest. Hij is de kracht die achter elke genezing schuilt. In de apocriefen komen we de engel Rafaël tegen als hij Tobias van zijn blindheid geneest. Ook Rafaël heeft een plaats in de tempel, namelijk in het westen. Dit is het laatste deel van de tempel, het heilige der heiligen.
- Het hoofd van de archieven, de schrijver van God, is de engel Metatron. De Hebreeuwse legenden zeggen dat hij niet altijd een engel geweest is, maar dat hij eens op aarde geboren is als mens. Hij heette toen Chanoch, of in de Nederlandse vertaling Henoch. Hij wandelde met God en werd door God opgenomen in de hemel.
- Het apocriefe boek Henoch uit de eerste eeuw voor Christus, wordt aan hem toegeschreven. Het doen en laten van de mens wordt opgetekend en Metatron beheert deze boeken.
- In het apocriefe boek Bartholomeus wordt de oude vijand van het menselijk geslacht de eerste der geschapen Aartsengelen genoemd, die voor zijn val Satanaël en na zijn van Satanus heette. In Ezechiël wordt de gevallen Lucifer genoemd als een Cherub.
- Boven de eerste hemel met Beschermengelen, Aartsengelen en Engelenvorsten bevind zich de tweede hemel, de scheppende wereld. Hierin komen de machten (of overheden), krachten en heerschappijen voor.
- De machten wonen in het gebied van de 'harmonie'; in die streek in de tweede hemel die grenst aan de eerste hemel. Ze zijn grensbewoners, netzoals de beschermenegelen de grensbewoners zijn tussen de eerste hemel en de aarde. De taak van de machten is het verzoenen van tegenstellingen. En dat is ook precies de reden dat ze gesteld zijn over onze zielen. Want onze zielen zijn het terrein waar de grote strijd woedt. Ze hebben met nog meer te maken. Verzoening tussen tegenstellingen wil ook zeggen: vrede stichten. Dat deze machtige vredesengelen in de scheppende hemel aanwezig zijn, wil zeggen dat elke vrede een wezenlijke schepping is. Deze machten worden in de hemel overheid genoemd, omdat zij bij machte zijn om uit tegenstellingen harmonie te scheppen. En aan die overheden wordt de mens verzocht zijn ziel te onderwerpen.
- De heerschappijen wonen in de streek die wordt aangeduid met het woord 'genade'. Vergeving en genade zijn evenals harmonie en vrede scheppende begrippen.
- Van de krachten wordt gezegd dat ze 'hindernissen verdrijven'. De engelsen noemen dat 'Second Wind'. Dan stroomt je energie toe en krijg je ook in jezelf meer kracht. Deze kracht verbind zich met hem die worstelt. Dan merk je dat je meer onzichtbare bondgenoten hebt dan je dacht.
- De derde hemel wordt de wereld in Gods schaduw genoemd. Bovenin zijn de engelen van de liefde, de Serafijnen. En dan wordt hier bedoeld de onbaatzuchtige, zichzelf weggevende liefde. Het geven zonder dat je er iets voor terug verwacht. In het Grieks wordt dit Agapè genoemd.
- Ieder van deze engelen heeft zes vleugels: met twee bedekt hij zijn aangezicht, met twee bedekt hij zijn voeten en met twee vliegt hij. (Jesaja 6:1). Zij roepen "Heilig, heilig, heilig is de Heer der Heerscharen". In het Hebreeuws staat er "Kadoosh... Kadoosh... Kadoosh..." En in de iets oudere Askenazische uitspraak klinkt het "Kodoesh... Kodoesh... Kodoesh...". Het klinkt als de branding. Het is de golfslag van de liefde.
- De tweede groep wezens is ook vlak bij God te vinden: De cherubijnen. Een Cherub is in het Hebreeuws een ontzagwekkend wezen. Het woord is waarschijnlijk verwant aan het Nederlandse woord Griffioen, een mythologisch wezen, half adelaar, half leeuw. In de psalmen (18:11) rijd God op een cherub als op een hemels rijdier.
- De cherubs zijn volgens Ezechiël en Johannes bedekt met ogen; ogen van binnen en ogen van buiten. De cherubijnen zijn zich voortdurend helder bewust van alle details van de schepping. Hier ligt de nadruk op de wijsheid, de logos.
- De derde groep wezens wordt aangeduid als de Ofanim, dat letterlijk wielen betekent. Ze worden ook aangeduid als tronen. Zij bewonen de plaats waar de tijd, de zwaartekracht en onze verschijningswereld bij elkaar komen.
- Literatuur:
- R.Boon, Over de goede engelen of de ontmaskering van een pedant geloof, Boekencentrum, Den Haag.
- M.A. Knibb, Het boek Henoch, Het eerste of het Ethiopische boek, Ank-Hermes, Deventer.
- Rudolf Meyer, De mens en zijn engel, Chrisofoor, Zeist.
- Hans W. Schroeder, De hemelse hiërarchieën. Rangorde en verscheidenheid, Christofoor, Zeist.
- W.P. Theunissen, Engelen. Overwegingen in beelden en teksten, Berghaar Verlag.
- Friedrich Weinreb, Ik die verborgen ben, Servire, Katwijk.